woensdag

Is Eenheid Belangrijker Dan Zuiverheid En Waarheid?

De volgende principes zijn de afgelopen jaren een grote steun voor me geweest:

Alles (waar de gedachte dan ook vandaan komt en van wie die dan ook afkomstig is) wat mijn verhouding met Jehovah zou kunnen versterken verwelkom ik.
Alles (waar de gedachte dan ook vandaan komt en van wie die dan ook afkomstig is) wat mijn verhouding met Jehovah zou kunnen verzwakken of beschadigen verwerp ik.

Liefde voor mijn Hemelse Vader Jehovah God, het eerste gebod, komt altijd vóór liefde voor mensen, het tweede gebod. Volgens mijn geweten mag eenheid nooit ten koste gaan van waarheid. Als waarheid, onder groepsdruk, opgeofferd moet worden aan eenheid zijn we eigenlijk mensen aan het navolgen. En dat gaat ten koste van ons zuivere geweten tegenover God. De bijbel staat vol met voorbeelden van mensen die een groot geloof toonden door juist tégen de massa, of de groep, in hun Schepper te gehoorzamen en zij gaven ons het voorbeeld hoe wij ons zuivere geweten kunnen bewaren. De eenheid die moet worden nagestreefd lijkt mij vooral een één-zijn met wat Jehovah God en Jezus Christus voorstonden. Christenen zijn één in de zin dat zij overeenkomst vertonen in hun geloof en liefde voor God, onze Hemelse Vader en Christus en zijn loskoopoffer. Er wordt door de 'eenheid-boven-alles'-aanhangers vaak gezegd:
De organisatie/kerk/gemeente zorgt voor eenheid in geloof zoals Paulus in Efeziërs 4 vers 3-5 en 13 schrijft.
Ook al spreekt Jezus over het 'ontdekken van de balk in onze eigen oog' en dus in feite zegt dat zelfkritiek een goede zaak is, leert de praktijk binnen de organisatie van Jehovah's Getuigen dat kritiek op haarzelf - ook al is hij Bijbels gezien terecht - als een bedreiging van hun 'eenheid in geloof' moet worden beschouwd. Het blijkt dat de leiding van JG vindt dat kritiek tegen elke prijs vermeden moet worden en als het onverhoopt toch de broeders en zusters 'bereikt' dan moet de kritiek direct in de kiem gesmoord worden. Critici die zich ook nog 'broeder' of 'zuster' durven noemen, zijn bij voorbaat al verdacht.

Bij kritiek schiet bijna elke JG (en vooral de vertegenwoordigers van de organisatie) in een verdedigende kramp. Er is een intolerante houding ten aanzien van kritische geluiden, en dat heeft een ander fenomeen in de hand gewerkt, n.l. dat er vele onbeantwoorde vragen en twijfels bij onze broeders en zusters blijven hangen. Vragen en twijfels waar ze met anderen niet openlijk over durven te spreken. Deze onbeantwoorde vragen - die opgewekt kunnen worden door de vrije informatie die op Internet te vinden is - kunnen de eenheid in geloof, die hen zo vertrouwd is, op losse schroeven zetten. Dat wil de JG leiding ten allen tijde voorkomen en zaait angst voor het Wereld Wijde Web alsof het de Duivel zelf zou vertegenwoordigen. Daarin verschillen ze geen haar van bepaalde kerkleiders die vroeger hun kerkgangers verboden naar de TV te kijken alsof het de spreekbuis van Satan zelf zou zijn.
Alles wordt uit de kast gehaald om het eenzijdige beeld dat de broeders en zusters van hun organisatie hebben intact te houden. Er staat teveel op het spel.
En al weten veel JG dat de werkelijkheid anders is, spelen ze gezamenlijk het spel mee. Weinig durven hardop te zeggen wat ze werkelijk denken om het beeld in stand te houden.

Dit gezamenlijk in stand houden van het beeld van 'eenheid', waarvan velen diep in hun hart weten dat het geen echte eenheid is, wordt ook wel het-nieuwe-kleren-van-de-keizer-syndroom (<-- klikbaar) genoemd.
De diepgewortelde angst in de harten van gemeenteleden om over gerezen twijfels openhartig te spreken is in mijn ogen de grootste bedreiging voor hun zo geroemde 'eenheid in geloof'.

Moeten we gelet op bovenstaande niet de conclusie trekken dat deze 'eenheid' in feite niet meer is dan conformiteit met de leringen van het Genootschap die onder dreiging van uitsluiting afgedwongen wordt?

Liefde voor Jehovah God, het eerste gebod, komt altijd vóór liefde voor mensen, het tweede gebod. Ik zal beter uitleggen wat ik daarmee bedoel, zodat er geen misverstand over bestaat. Wat ik wil zeggen met 'Liefde voor Jehovah God op de eerste plaats' is dat Jehovah God exclusief aanbeden wil worden.
In religies worden vaak genoeg mensen of zelfs dieren op de eerste plaats gezet. Ieder is vrij om te doen, denken en aanbidden wat hij wil. Dat is een feit.
Jehovah's Getuigen daarentegen noemen zichzelf christenen en zeggen hun Schepper Jehovah God op de eerste plaats te stellen. Dan is het niet meer dan redelijk, vanuit hun eigen redenatie zelfs, te verwachten dat ze daden bij hun woorden voegen. Als wij mensen op de eerste plaats stellen, zouden we Jehovah God van de eerste plaats in ons leven verstoten. Het wordt niet voor niets het eerste gebod genoemd. In het verlengde van dat eerste gebod ligt het tweede, want liefde voor jezelf en je medemens ligt in die eerste besloten.

(Mattheüs 22:37-39) 37 Hij zei tot hem: „’Gij moet Jehovah, uw God, liefhebben met geheel uw hart en met geheel uw ziel en met geheel uw verstand.’ 38 Dit is het grootste en eerste gebod. 39 Het tweede, hieraan gelijk, is dit: ’Gij moet uw naaste liefhebben als uzelf.’

Het eerste gebod gehoorzamen is ondenkbaar zonder het tweede gebod toe te passen.
Het tweede gebod ligt in het verlengde van de eerste.

1 Joh. 4:7-11, 19-21: "Geliefden, laten wij elkaar blijven liefhebben, want de liefde komt van God, en een ieder die liefheeft, is uit God geboren en verwerft de kennis van God. 8 Wie niet liefheeft, heeft God niet leren kennen, want God is liefde. 9 Hierdoor werd de liefde Gods in ons geval openbaar gemaakt, dat God zijn eniggeboren Zoon naar de wereld heeft uitgezonden, opdat wij door bemiddeling van hem leven zouden verwerven. 10 De liefde bestaat in dit opzicht niet hierin dat wij God hebben liefgehad, maar dat hij ons heeft liefgehad en zijn Zoon heeft uitgezonden als zoenoffer voor onze zonden. 11 Geliefden, als God ons heeft liefgehad, zijn ook wij verplicht elkaar lief te hebben. 12 Nooit heeft iemand God aanschouwd. Indien wij elkaar blijven liefhebben, blijft God in ons en wordt zijn liefde in ons tot volmaaktheid gebracht. ..... 19 Wat ons betreft, wij hebben lief omdat hij ons eerst heeft liefgehad. 20 Indien iemand de bewering uit: „Ik heb God lief” en toch zijn broeder haat, is hij een leugenaar. Want wie zijn broeder, die hij heeft gezien, niet liefheeft, kan God, die hij niet heeft gezien, niet liefhebben. 21 En dit gebod hebben wij van hem, dat degene die God liefheeft, ook zijn broeder moet liefhebben.

Jehovah God verdient naar mijn idee gewoon de plaats die Hem toekomt: De Eerste en dat kunnen we, moeten we zelfs, proberen toe te passen zónder onze medemensen te kort te doen. Het eerste gebod gehoorzamen is geen excuus om weerloze weduwen en wezen om de oren te slaan.
Er wordt door JG vaak tegengeworpen: Moeten we dan niet één zijn in leerstellingen om een eenheid te bewaren? Jehovah God is toch geen God van wanorde?

Als het waar is dat we eenheid in leerstellingen nodig hebben, dan volgen er logischerwijs vragen: Wélke en wiens leerstellingen? En is groei in kennis (kennis over wat?) het belangrijkste doel waar we naar streven? Hoe kan je weten wat waarheid precies is en wie bepaalt wat waar is? Wie claimt zuiver begrip?

Jehovah God is inderdaad de God van waarheid. En er is één Middelaar tussen God en mensen: Christus Jezus. Dit zijn waarheden die rechtstreeks uit Jehovah’s Woord komen en deze waarheden versterken je band met onze Schepper Jehovah.

Kennis, eenheid, wat dan ook, moet leiden, via Christus, naar Jehovah God, niet naar onderwerping aan en/of afhankelijkheid van mensen.
Alle zuivere en ondubbelzinnige waarheden zijn gewoon te lezen, voor een ieder die lezen kan, in Jehovah’s Woord. Helder en duidelijk. De lectuur voegt daar niets aan toe. Geen nieuwe feiten of waarheden, slechts interpretaties.
Vragen die je ook kunt stellen: Waarheen leiden de interpretaties? Naar onderwerping aan Jehovah God of een sterkere band met Hem? Of leidt het naar onderwerping aan mensen? Wie eren ze met hun kennis? Niet alleen in theorie, maar ook in praktijk? Kijk naar de gevolgen als je volgens hun interpretaties van de bijbel probeert te leven.

Nu het volgende: Als er onduidelijkheden zouden ontstaan over hoe wij een bepaalde tekst of uitspraak moeten begrijpen, wie bepaalt dan hoe het begrepen moet worden? Vroeger claimden de Farizeeërs het meest zuivere begrip te hebben, de enige echte Waarheid. Vele geestelijke leiders beweerden hetzelfde. Er was voortdurend strijd over wie de waarheid had.

Elke groep geestelijke leiders beweerden dat De Wet alleen voor hén een ‘open boek’ was en zij zouden het ‘domme’ volk wel even uitleggen hoe de Wet begrepen moest worden. Tot zo ver geen probleem. Zij waren vrij hun mening te vormen en te uiten. Máár zodra zij beweerden, vanwege hun kennis over de Wet, méér of beter te zijn dan het gewone volk, en het volk zodoende ondergeschikt maakten aan hénzelf, hielden ze op hun band met Jehovah God te versterken. Hun arrogantie werd zelfdienend en het draaide niet meer om het versterken van iemands band met Jehovah, maar het draaide om henzelf en hún behoeften aan macht. Zij zagen zichzelf als de hoeders van waarheid en kennis en het ‘gewone’ volk als degenen die mee mochten eten van dit 'sublieme' geestelijke inzicht. En als de joden het niet eens waren met de Farizeeërs of Schriftgeleerden, werden ze gewoon uit de synagoge gegooid. Mee eens zijn óf uit de eenheid worden gegooid, met alle sociale en emotionele gevolgen van dien. Geloven in de Mozaïsche Wet was niet voldoende. Je moest het eens zijn met hún interpretatie van de Wet. Die geestelijke leiders hadden de erkenning en de bevestiging van hun ‘onderdanen’ nodig om zich méér dan hen te voelen. Het volk vervulde hun behoefte aan bevestiging en kregen dan als dank een goedkeurende aai over de bol met de verzekering dat ze nu Gods goedkeuring zouden krijgen. Een andere weg was niet mogelijk.

Jezus heeft het een en ander rechtgezet over die verkeerde denkwijze, toen hij die geestelijke leiders toesprak in o.a. Matth. 23.

Om te illustreren wat er gebeurt als men de namen 'Christus' en 'Jehovah God' inwisselt voor de begrippen 'De Slaafklasse' en 'Besturend Lichaam' en hoe dit gebruikt wordt om hun onderlinge 'eenheid' in denken af te schermen, even het volgende:

Bepaalde br. en zr., waaronder JG-familieleden, verwijten mij dat ik niet langer in de leer van Christus ben en als gevolg daarvan niet langer welkom ben in hun huis. En één keer raden waar ze deze veroordeling op baseerden.
(2 Johannes 6-11) 6 En dit betekent de liefde, dat wij volgens zijn geboden blijven wandelen. Dit is het gebod, zoals gijlieden van [het] begin af hebt gehoord, dat GIJ daarin moet blijven wandelen. 7 Want er zijn vele bedriegers tot de wereld uitgegaan, personen die de komst van Jezus Christus in het vlees niet belijden. Dit is de bedrieger en de antichrist. 8 Let op UZELF, opdat GIJ de dingen die door ons werk tot stand zijn gebracht, niet verliest, maar een volledige beloning moogt verkrijgen. 9 Een ieder die vooruitdringt en niet blijft in de leer van de Christus, heeft God niet. Wie in die leer blijft, hij heeft zowel de Vader als de Zoon. 10 Als iemand tot U komt en deze leer niet brengt, ontvangt hem nimmer in UW huis en richt ook geen groet tot hem. 11 Want wie een groet tot hem richt, heeft deel aan zijn goddeloze werken.

Met de uitspraak dat ik 'niet langer in de leer van Christus' zou leven, bedoelden ze niet dat ik niet langer in Jehovah God zou geloven, of in Jezus Christus als Loskoper of niet langer in Gods Woord zou geloven. Nee, ik leef niet langer ‘in de leer van Christus’ in de zin dat ik niet langer de leer van de organisatie wil volgen, op basis van mijn geweten. Ik ben niet langer één met hen in hun onderwerping aan de Slaafklasse. Deze tekst in 2 Johannes werd ge(mis)bruikt om hun extreme gedrag een christelijk tintje te geven .

Zij parafraseerden notabene een paragraaf uit een WT artikel. Deze interpretatie werd verspreid via de lectuur over heel de wereld en door velen gedachteloos geaccepteerd op grond van de gedachte dat we één moeten zijn in leer. Ze schermen met het woord 'eenheid' om mensen te onderwerpen aan hun eigen interpretaties.
De leer van Christus staat voor hen gelijk aan de leer van de Slaafklasse.

Eenheid onder broeders en zusters. Eenheid in de leer van de Slaafklasse. Waar is men dan één mee? Zijn dit interpretaties die naar Christus leiden? Wij mensen schijnen er moeite mee te hebben te begrijpen dat Jezus Christus, als het Hoofd van Zijn Gemeente, zélf de leiding heeft. Die leiding geeft hij niet af. Hij blijft het Hoofd van zijn geestelijke gemeente. Hij geeft geest aan wie hij wil.

Jezus zei: (Mattheüs 24:15)” . . . de lezer gebruike onderscheidingsvermogen . . “. Hij zei niet: “De slaaf gebruike onderscheidingsvermogen en mag zijn onderscheidingsvermogen aan anderen opleggen.”
Het is aan een ieder om zelf de verantwoordelijkheid te dragen voor het groeien in onderscheidingsvermogen.
(Hebreeën 5:14) 14 Vast voedsel behoort echter bij rijpe mensen, bij hen die door gebruik hun waarnemingsvermogen hebben geoefend om zowel goed als kwaad te onderscheiden.
Als wij deze verantwoordelijkheid uit handen geven heeft dat gevolgen. Dan worden we slaven van mensen.
O ja, men bewéért wel dat Jezus het Hoofd is van hun organisatie, maar in de praktijk worden Jezus woorden regelmatig ondergeschikt gemaakt aan die van henzelf. Ze ontkrachten regelmatig Jezus’ waarheden, door ze te vervangen door hun eigen interpretaties. Krachtige geestelijke uitspraken veranderen ze in vleselijke denkbeelden.

In de praktijk wordt de boodschap afgegeven: ‘Blijf denken zoals wij denken. Interpreteer zoals wij de bijbel interpreteren, anders loopt het slecht met jullie af. Jullie kunnen niet zonder ons. Jullie als volk hebben ons nodig om te weten wat waarheid is.’
Het is algemeen bekend dat als men bepaalde denkbeelden maar vaak genoeg herhaald, ook al zijn ze onlogisch of onjuist, en mensen kan isoleren van de 'buitenwereld' en andere denkwijzen, je beeld van de werkelijkheid vertroebeld kan worden. Onlogische gedachten lijken 'logisch'. Dit werkt vooral goed met mensen die niet buiten de box durven te denken.

Als Jezus zegt: “Een ieder die in mij gelooft, zal eeuwig leven.”, dan wordt deze uitspraak in de lectuur subtiel verzwakt, met de onderliggende boodschap: ‘Jezus bedoelde eigenlijk: “Een ieder die in de leerstellingen van de Slaafklasse gelooft, zal eeuwig leven.” Ze maken er wat anders van en voegen hun interpretatie toe aan de oorspronkelijke tekst. Dat mogen ze wel doen en het hoeft op zich geen probleem te zijn, want ook zij mogen zich vrij uiten, maar het wórdt wel een probleem als zij er anderen mee gaan manipuleren en er sprake is van geestelijk misbruik.
Het lijkt er sterk op dat de JG leiding bang is dat ze niet langer erkend zullen worden door hun organisatieleden als geestelijke leiders door God en Christus aangesteld.
Daarom mag het droombeeld van eenheid niet worden verstoord. Dat moet met alle denkbare middelen voorkomen worden.
De bekendste excuses, die men gebruikt om dit vleselijke gedrag te vergoelijken, zijn:
‘De eenheid moet toch bewaard worden?
Het geestelijke paradijs moet toch in tact blijven?
Wij hebben toch goede bedoelingen?
De broeders en zusters mogen toch niet van streek raken?

De droom moet intact blijven. Daarom is het voor hen van het grootste belang zich af te sluiten voor alles wat anders klinkt dan wat er door de ‘Slaafklasse’ wordt onderwezen als ‘waarheid’.’
Het enge is dat zij echt ervan overtuigd zijn dat ze het juiste doen en dat ze denken dat het voor het bestwil van de br. en zr. is. Zij geloven zélf in het verhaal dat zij de enige weg tot kennis en waarheid zijn.
De vraag blijft: Leidt het naar onderwerping aan Jehovah God en Christus of naar henzelf?

Wat voor soort van eenheid willen we? Willen we een eenheid zoals Christus voorstond of zoals menselijke organisaties denkbeelden voorstaan?
Jehovah God dwingt niets af. Hij biedt gewoon Zijn Liefde aan en een weg tot redding, via Zijn Zoon.
Echte Liefde bouwt op. Liefde zoals Jezus onderwees (zie de eerste twee geboden). De organisatie probeert, zodra men niet meer in hun pas wil lopen, gehoorzaamheid af te dwingen door met uitsluiting te dreigen en regeert door in te spelen op onze zwakheden, onze behoefte aan erkenning en saamhorigheid, schuldgevoelens, angsten en plichtsbesef.
Echte Liefde heeft zulke dwangmiddelen niet nodig.
Hoe meer dwangmiddelen (inclusief die niet openlijk besproken worden) er nodig zijn om mensen dezelfde kant op te laten gaan, des te zwakker de stelling zelf.

Redding is niet mogelijk via een door mensen ingestelde organisatie, WAT ZE OOK BEWEREN TE KUNNEN LEVEREN OP BASIS VAN HUN ‘EENHEID’. Zij zijn niet middelaren tussen Jehovah God en de mens. Er is één Middelaar en dat is Jezus Christus. In Jezus Christus is redding. Niet in de onvolmaakte mens.

(Psalm 146:3) 3 Stelt UW vertrouwen niet op edelen, Noch op de zoon van de aardse mens, aan wie geen redding toebehoort . . .

Onderwerping aan menselijke autoriteiten, zoals o.a. ouderlingen, kringopzieners, BL, etc., hoort altijd relatief te zijn, nooit absoluut. De lectuur past deze relatieve onderwerping verbazingwekkend genoeg wél toe op politieke autoriteiten of andere menselijke leiders, op familieleden, op werkgevers, etc., maar niet op zichzelf.
In de praktijk eist men onvoorwaardelijke onderwerping, alsof zij dezelfde autoriteit bezitten als Jehovah God zelf en Jezus Christus zelf. (Denk b.v. aan de congresthema’s van de afgelopen jaren en hoe ze werden geïnterpreteerd in de lezingen. Aan het eind van de rit komt volgens hun redenatie 'gehoorzaamheid aan God' neer op het moeten gehoorzamen aan hen, de Slaaf. Het thema van het congres: 'Volg Christus' komt in de praktijk neer op het volgen van de Slaaf. Klinkt er dan geen enkel waarschuwend belletje?)

Als ik merk dat mensen, wie dan ook, proberen mij ondergeschikt te maken aan regels of wetten die in tegenstrijd zijn met die van Jehovah en Jezus' onderwijzingen, dan neem ik de door God geschonken vrijheid om hen niet te gehoorzamen.
Val ik dan buiten de boot van het groepsdenken? Verstoor ik dan de eenheid? Eenheid met wie?

Gal.1:6-10: “Het verwondert mij dat GIJ U zo vlug laat afbrengen van Degene die U met Christus’ onverdiende goedheid heeft geroepen en U tot een ander soort van goed nieuws keert. 7 Maar het is geen ander; alleen zijn er zekere mensen die onrust onder U stoken en het goede nieuws over de Christus willen verdraaien. 8 Maar ook al zouden wij of een engel uit de hemel U iets als goed nieuws bekendmaken buiten hetgeen wij U als goed nieuws hebben bekendgemaakt, hij zij vervloekt. 9 Zoals wij in het bovenstaande hebben gezegd, zeg ik ook nu weer: Wie het ook is die U iets als goed nieuws bekendmaakt buiten hetgeen GIJ hebt aanvaard, hij zij vervloekt. 10 Tracht ik nu eigenlijk mensen te overreden of God? Of zoek ik mensen te behagen? Indien ik nog mensen behaagde, zou ik geen slaaf van Christus zijn.

Paulus wilde niet dat zijn brieven naar hemzelf leidde, maar naar Christus. En dat soort kennis heeft nog steeds een versterkende uitwerking op onze band met Jehovah God en Jezus. Zoals ik het begrijp is een slaaf van Christus één met hem en één met zijn gedachtegoed. Waar Christus is, daar is vrijheid.

Waar ‘m vaak de schoen wringt is de angst deze gedachte te accepteren, omdat de gevolgen van die acceptatie onoverkomelijk lijken. Het niet kunnen overzien van de verstrekkende gevolgen is vaak de reden waarom mensen niet durven kiezen voor het volgen van hun eigen geweten en hart.
Dan blijkt alleen al het dreigement uitgesloten te worden een machtig chantagemiddel te zijn om Jehovah’s Getuigen in de pas te laten lopen en zodoende die zwaarbewaakte ‘eenheid’ te bewaren.

De afgelopen jaren hebben we geregeld gehoord, ook van een Districtsopziener : “Denk hoe je wilt, ook al is het tegen de interpretaties van het WTG in, maar praat er niet over. Zodra je erover gaat praten, zijn wij genoodzaakt je uit te sluiten.“

M.a.w.: Verberg je ware gedachten en gevoelens ter wille van de ‘eenheid’.
Dit soort doofpot mentaliteit werkt zonder enige twijfel het leiden van een dubbelleven in de hand. Allemaal ter wille van de ogenschijnlijke ‘vrede’ en de ‘eenheid’. Laat vooral niemand er achter komen dat het ‘geestelijke paradijs’ alleen maar een droombeeld is.

Hoe vaak komt het in de gedachten van door angst gemanipuleerde individuen op om te vertrouwen op Jehovah God’s vermogen om ze te sterken en te steunen in plaats van te vertrouwen op mensen?
Hoe vaak bedenken ze vol geloof dat erkenning van Jehovah God vele malen waardevoller is dan die van mensen?
Juist op zulke momenten van ons leven komt het aan op geloof en vertrouwen in Hem.

De arrogante houding dat Jehovah’s Getuigen betere christenen zouden zijn dan andere christenen is vooral zelfdienend. Dat er lieve en aardige broeders en zusters zijn is geen bewijs van superioriteit over andere lieve en aardige mensen. Superieur voelen als christen is een belediging aan het adres van onze Herder, Christus, zelf. Gedroeg hij zich superieur, passief of anderszins?
Als we nu eens onze ogen, oren en hart durven open te doen dan zien we hoeveel individuen er zijn die zuivere christelijke liefde tonen, vanuit een sterk geloof in God en in Jezus. Niemand van ons is een haar beter of slechter dan andere mensen.

Een aantal jaren geleden, toen ik nog volop in de WTG-routine zat, zagen we een KRO programma over mensen die hun leven gewijd hadden aan anderen. Het ging over een echtpaar die huis en haard in NL had verlaten om naar Zuid-Amerika te emigreren. Zij hadden daar een opvanghuis opgezet voor straatkinderen. We waren enorm onder de indruk van de oprechte en belangeloze liefde. Ze werden er geen spat rijker op, eerder armer. Maar geestelijk gesproken waren het rijke mensen. Mensen met een zuiver hart. Het was echt aanmoedigend en na de uitzending hield het me danig bezig. Wat ik mij telkens weer afvroeg, als JG-identiteit: "Hoe kan een katholiek mij zo aanmoedigen? Waarom voel ik dat ook deze mensen Gods geest bezitten? Hoe kan het nou dat mensen zo'n sterk geloof kunnen ontwikkelen zonder onze organisatie?? " Ik suste mezelf met de gedachte dat zo iemand wel in de 'waarheid' zou komen, want Jehovah God leest toch harten?
Nu schaam ik me dood voor die arrogante aannames. Hoe had ik ooit zo kunnen denken? Maar, gezien de omgeving waarin ik was opgegroeid, was mijn verwarring niet zo vreemd. Ik was van kleins af aan opgevoed met dit soort denkbeelden, waar JGetuigen werden geprezen als de 'crème de la crème' van alle christenen. ‘Kijk naar ons, want wij zijn het voorbeeld van liefde en eenheid. Voorbeeld-christenen die tenminste prediken’.
Zijn andere christelijke individuen niet in staat om ware christelijke liefde te tonen? De rest van de hele wereld doet dus maar wat? Volgens JGetuigen is de liefde die anderen tonen, als het erop aan komt, minder christelijk, omdat ze in andere leerstellingen geloven dat die van JGetuigen. Ze hebben 'de waarheid' nog niet, zoals ze zeggen. Als ze wél goede mensen zijn dan zullen ze vroeg of laat wel 'in de waarheid' komen door de prediking. De arrogantie van dat soort denkbeelden is, zoals de Engelsen zeggen, 'staggering', verbluffend.
En áls we ’t als mens toevallig eens goed doen, so what? Dat hoort toch gewoon zo?

(Lukas 17:7-10) 7 Wie van U die een slaaf heeft die ploegt of op de kudde past, zal wanneer deze van het veld binnenkomt, tot hem zeggen: ’Kom terstond hier aan tafel aanliggen’? 8 Zal hij niet eerder tot hem zeggen: ’Maak iets klaar voor mijn avondmaaltijd, en doe een schort voor en bedien mij totdat ik klaar ben met eten en drinken, en daarna kunt gij eten en drinken’? 9 Hij zal de slaaf toch niet dankbaar zijn omdat hij de hem opgedragen dingen gedaan heeft? 10 Zo moet ook GIJ, wanneer GIJ alles hebt gedaan wat U is opgedragen, zeggen: ’Wij zijn onnutte slaven. Wij hebben gedaan wat wij moesten doen.’”

Men heeft binnen de groep constant behoefte aan bevestiging van mensen. Een behoefte die zich vooral voordoet bij mensen die zelf een laag gevoel van eigenwaarde hebben. Die leegte die men voelt van binnen wil men opvullen met erkenning van mensen. Dat is een niet te dempen put. Doodmoe word je er van. Geen echte vreugde meer, maar plichtmatige, lege handelingen, met een constante druk om nóg meer te presteren. En áls ze zich ontmoedigd voelen vanwege die constante druk, krijgen ze te horen dat het komt door henzelf. Hun ontmoediging, zegt men, komt dan voort uit hun eigen gebrek aan geloof , want aan de Slaafklasse kan het volgens hen nooit liggen.
De uitdrukking “Wij hebben de waarheid”, heeft een krachtig psychologisch effect.
Het geeft een gevoel van superioriteit te denken dat je ‘in de waarheid’ bent, maar die aanname maakt het nog niet waar.
Jezus maakte duidelijk dat wat waarheid was. Niet meer en niet minder:

(Johannes 17:17-24) “17 Heilig hen door middel van de waarheid; uw woord is waarheid. 18 Zoals gij mij in de wereld hebt uitgezonden, heb ook ik hen in de wereld uitgezonden. 19 En ik heilig mij ten behoeve van hen, opdat ook zij door middel van [de] waarheid geheiligd mogen zijn. 20 Niet alleen betreffende dezen doe ik een verzoek, maar ook betreffende hen die door hun woord geloof in mij stellen, 21 opdat zij allen één mogen zijn, evenals gij, Vader, in eendracht met mij zijt en ik in eendracht met u ben, dat ook zij in eendracht met ons mogen zijn, opdat de wereld moge geloven dat gij mij hebt uitgezonden. 22 Ook heb ik hun de heerlijkheid gegeven die gij mij hebt gegeven, opdat zij één mogen zijn evenals wij één zijn. 23 Ik in eendracht met hen en gij in eendracht met mij, dat zij volkomen één worden gemaakt, opdat de wereld moge weten dat gij mij hebt uitgezonden en dat gij hen hebt liefgehad evenals gij mij hebt liefgehad. “


Eenheid met Jehovah God en Christus is voor mij belangrijker dan eenheid met mensen, omdat conformeren met mensen vaak inhoudt dat we compromissen moeten sluiten met ons zuivere geweten tegenover God en onszelf. De afgelopen jaren hebben we verschillende variaties gehoord van de volgende denkwijze: 'Denk net zoals de organisatie. Als je dat niet doet moet je worden uitgesloten en dan mogen we elkaar niet meer zien. Wil je dat? Luister alsjeblieft of doe in ieder geval net alsof. Als je dat niet doet, wil dat zeggen dat je niet van ons houdt."
Dit soort van emotionele chantage, verpakt als zorg, stoelt niet op liefde. Het is een uiting van onzekerheid en angst.
Waar angst heerst is geen liefde. Degenen die ons liefhebben en respecteren zullen nooit van ons verlangen dat we tegen ons geweten in handelen.

Het is juist een uiting van liefde als we, ondanks verschil in zienswijze, elkaar blijven liefhebben, respecteren en vrij laten.
Zijn wij bereid om alleen te vertrouwen op Jehovah God’s vermogen ons te sterken en steunen? Geloven we zo sterk in Zijn liefde en zorg dat we bereid zijn alle andere vermeende zekerheden, zoals kracht putten uit goedkeuring van mensen, waaronder b.v. onze eigen groepsleden, los te laten en 't in Zijn Hand te laten?

Onder zulke omstandigheden komt naar boven waar ons geloof in God op gefundeerd is.

Eenheid in Christus? Ja.
Eenheid ten koste van waarheid en zuiverheid? Nee, dat is mijns inziens geen eenheid maar conformiteit en vereist onderwerping aan mensen.
Eenheid in Christus kan nooit ten koste gaan van zuiverheid en waarheid zoals Christus onderwees.

3 opmerkingen:

Anoniem zei

Spreek je nog wel met mensen over het goede nieuws van Gods Koninkrijk?

Martin Cordes zei

Hai Anoniem,

Zeker!! Alleen denk ik niet dat de de volgende JG-claim over "het goede nieuws" klopt: 'Het goede nieuws van het Koninkrijk omvat nu meer dan in de tijd dat Jezus op aarde was' (zie hieronder). Ik houd me slechts aan het goede nieuws dat Jezus predikte.

*** w88 1/1 blz. 21 par. 8 ’Eerst moet het goede nieuws worden gepredikt’ ***

In „de laatste dagen” omvat het goede nieuws van het Koninkrijk meer dan in de tijd dat Jezus op aarde was. Jezus predikte dat het Koninkrijk nabij was gekomen, waarmee hij de aandacht vestigde op het feit dat hij zich als de Messías en Koning in hun midden bevond (2 Timótheüs 3:1; Matthéüs 4:17; Lukas 17:21). Het goede nieuws dat door de vroege christenen werd gepredikt, behelsde ook de kwestie van Jezus’ opstanding en hemelvaart, en het moedigde zachtmoedigen aan geloof te stellen in het komende Koninkrijk (Handelingen 2:22-24, 32; 3:19-21; 17:2, 3; 26:23; 28:23, 31). Nu wij in „het besluit van het samenstel van dingen” zijn aangeland, omvat de prediking van het goede nieuws van het Koninkrijk ook de spectaculaire boodschap dat het Koninkrijk in de hemel is opgericht. — Openbaring 11:15-18; 12:10.

Groet, Martin

Anoniem zei

Ik vind het eenn beetje goedkoop, deze vraag van anoniem heeft niks met het onderwerp te maken, bevestigt dus alleen maar wat de auteur erover vertelt.